Posts tonen met het label straat. Alle posts tonen
Posts tonen met het label straat. Alle posts tonen

zondag 7 maart 2021

Pantoumgedicht - MIJNTREINSPOORGEDACHTEN -

 

Pantoumgedicht - mijntreinspoorgedachten -

ik hoor het treinspoor, boven het koor van jonge piepers
ik wil me niet ergeren aan die keffende hond, op straat
ik volg het piepkenduik van op hol geslagen, witte lakens
mijn wijsneus ruikt lavendel en ik nestel me, tegen de wind
ik wil me niet ergeren aan die keffende hond, op straat

de zon speelt een uitdagend spel, mijn gelaat voelt het wel
mijn wijsneus ruikt lavendel en ik nestel me, tegen de wind
het maakt dat ik lente smaak, dat mijn kilte onder die druk zwicht
de zon speelt een uitdagend spel, mijn gelaat voelt het wel
donker, licht, ogen open, ogen dicht, zoals een knipperlicht

het maakt dat ik lente smaak, dat mijn kilte onder die druk zwicht
als ik nu eens een zomers gedachtetreintje de revue laat passeren
donker, licht, ogen open, ogen dicht, zoals een knipperlicht
hé, hoe heerlijk, het voelt aan als een achtbaan, ietwat zweverig
als ik nu eens een zomers gedachtetreintje de revue laat passeren

spring er middenin met pen en papier, waar is mijn zonnebril hier
hé, hoe heerlijk, het voelt aan als een achtbaan, ietwat zweverig
ik volg het piepkenduik van op hol geslagen, witte lakens
spring er middenin met pen en papier, waar is mijn zonnebril hier
ik hoor het treinspoor, boven het koor van jonge piepers

©De Kimpe Marleen
7 maart 2021

zondag 3 januari 2021

TE LAAT!

 

Te laat!

Met frisse regelmaat, huppelde er een stokoude man door mijn straat.
Bij de eerste aanblik, zag hij er zo levenslustig uit.
Vroeg me soms af, droeg hij een plooibaar clowngewaad?

Kwam ik maar eens met hem aan de praat.
Waarom durfde ik nu niet, was anders zo’n flapuit.
Met frisse regelmaat, huppelde er een stokoude man door mijn straat.

Ik begon hem gewoon te zien als mijn geheime kameraad.
Doch hij keek niet op, toen ik speels klopte op de ruit.
Vroeg me soms af, droeg hij een plooibaar clowngewaad?

Drukte mijn neus steviger tegen het vensterglas, metterdaad.
Waarschijnlijk kreeg hij door het harde leven een olifantenhuid.
Met frisse regelmaat, huppelde er een stokoude man door mijn straat.

Ik opende het raam, wuifde en moest me laten horen, vroeg of laat.
En toch hoorde de man me niet, al echode ik nog zo luid.
Vroeg me soms af, droeg hij een plooibaar clowngewaad?

Met goede voornemens alleen, daar is niemand mee gebaat .
Ik huiverde, bij een mij bekend gelaat in de krant, zijn levensliedje was uit.
Met frisse regelmaat, huppelde er een stokoude man door mijn straat.
Vroeg me soms af, droeg hij een plooibaar clowngewaad?

©De Kimpe Marleen
10 december 2020